Verkeersonderzoek gemeente West Betuwe
Het is belangrijk om te kijken naar de gevolgen in het gebied rond de A2. Bijvoorbeeld in de gemeente West Betuwe met het sluipverkeer door de kernen Beesd, Tuil, Haaften en Waardenburg en de ontwikkeling daarvan.
Enquête over mogelijke oplossingsrichtingen sluipverkeer
Eerder verkeersonderzoek
Samen met de gemeente hebben wij eerder onderzoek gedaan naar deze situatie rondom sluipverkeer. Op de doorgaande routes is sprake van sluipverkeer. Het concentreert zich vooral in en rond Beesd en Waardenburg. Ook valt het sluipverkeer via de Marijkeweg op. Bekijk de samenvatting van het onderzoek. Wilt u het volledige onderzoeksrapport lezen? Neem dan contact met ons op.Toelichting
Wat is de aanleiding van het verkeersonderzoek?
Het is druk op de weg en de verwachting is dat het alleen maar drukker wordt. Dit gebeurt zeker nu het verbreden van de Rijksweg A2 verder vertraagt. Hierdoor ontstaan er zorgen over de leefbaarheid en bereikbaarheid bij inwoners van de gemeente West Betuwe. Zij zijn bang dat meer automobilisten via sluiproutes gaan rijden.
Welke sluiproutes onderzoeken we?
Binnen de gemeente West Betuwe zijn er drie sluiproutes die we verder onderzoeken:
Er worden hier drie sluiproutes verder onderzocht:
- Beesd – Waardenburg in zuidelijke richting;
- Leerdam – Waardenburg in zuidoostelijke richting;
- Waardenburg - Meteren in noordelijke richting, vooral tijdens de avondspits
Wat kunnen we doen aan sluipverkeer?
Er zijn verschillende mogelijkheden om sluipverkeer te ontmoedigen. Niet elke oplossingsrichting is in iedere situatie even geschikt. Daarom hebben de verkeerskundigen van de gemeente en de provincie de sluiproutes opgedeeld in wegvakken. Per wegvak staat welke oplossingsrichting realistisch is om verder te onderzoeken en uiteindelijk te komen tot concrete maatregelen.
In deze fase bepalen we per wegvak de oplossingsrichting. Het gaat nu nog niet om concrete maatregelen (plek en uitwerking). We willen eerst bepalen of het herinrichten van de weg een optie kan zijn. In de volgende fase onderzoeken we welke maatregelen daarbij passen. Dan kan het gaan over het aanbrengen van verkeersdrempels, verkeerslichten of een rotonde en het bepalen van de mogelijke locatie.
Elke oplossingsrichting die hieronder wordt toegelicht heeft consequenties en aandachtspunten. De verkeerskundige voorkeuren zijn mede gebaseerd op gemeentelijk en provinciaal beleid. Daarnaast gaan we ook in gesprek met:
- De hulpdiensten, die bijvoorbeeld randvoorwaarden stellen aan aanrijtijden;
- Belangenpartijen vanuit bedrijfsleven, agrariërs en dorpsraden die de collectieve belangen behartigen.
De inbreng van deze partijen vatten we samen en delen we dan met u via deze projectwebpagina.
Om ook het individuele belang te betrekken bij onze afwegingen en het op te stellen raadsvoorstel voor de gemeenteraad nodigen we u uit om mee te denken. U kunt uw voorkeuren en suggesties online aan ons doorgeven. Ook de resultaten van deze meedenkronde worden via de projectpagina gedeeld.
Per sluiproute wordt het onderzoeksresultaat en het draagvlak meegenomen in de bestuurlijke afweging bij de gemeente en de provincie om te bepalen welke oplossingsrichting verder wordt onderzocht.
Wat zijn mogelijke oplossingen en aandachtspunten?
Aanpassingen aan de weg
Het is belangrijk te realiseren dat het terugdringen van sluipverkeer vaak ook tot beperkingen leidt voor het lokale verkeer. Het provinciale en gemeentelijke wegennet zijn openbaar toegankelijk, dus door elke verkeersdeelnemer te gebruiken.
Dit zijn de mogelijke aanpassingen aan de weg, hieronder worden ze toegelicht:
- Vergroten wegcapaciteit (voor gemotoriseerd verkeer);
- Herinrichten wegvakken en kruispunten;
- Infrastructurele aanpassingen;
- Geslotenverklaring.
Vergroten wegcapaciteit (voor gemotoriseerd verkeer)
Hierbij gaat het bijvoorbeeld om het verbreden van provinciale of gemeentelijke wegen en/of het aanpassen van kruispunten.
- Dit zijn vaak grotere wegvakken. Het gaat hierbij niet om een stukje weg of kruispunt.
- Het vergroten van de capaciteit van de weg maakt verdere groei van het (sluip)verkeer mogelijk.
- Het trekt ook verkeer aan van andere, minder comfortabele, (sluip)routes.
- Extra verkeer leidt mogelijk tot slechtere oversteekbaarheid, moeilijker in-/uitvoegen en toename van verkeersgeluid en stikstofuitstoot.
- Vergroten van wegcapaciteit is niet op korte termijn te realiseren. De benodigde ruimte gaat ten koste van het huidige gebruik van die ruimte.
- Het zijn meestal kostbare oplossingen met een lange doorlooptijd van mogelijk enkele jaren.
- Een maatregel is definitief en wordt zelden teruggedraaid.
Herinrichten wegvakken en kruispunten
- Dit kan bijvoorbeeld door het verlagen van de maximumsnelheid of realiseren van een betere fietsvoorziening.
- De inrichting van de weg of kruispunt en de inpassing in de omgeving moeten aansluiten bij de gewenste rijsnelheid en verkeersveiligheid.
- Het opnieuw inrichten van wegvakken en kruispunten biedt soms de mogelijkheid tot de aanpak van samenhangende knelpunten zoals oversteekbaarheid.
- Maatregelen moeten in netwerkverband worden onderzocht op effectiviteit (in grotere verblijfsgebieden moeten we nagaan waar het verkeer rijdt om uitwijken naar andere routes te voorkomen).
- Het leidt mogelijk tot andere routekeuzes via (nog) minder geschikte wegen.
- De kosten, de doorlooptijd en effectiviteit zijn afhankelijk van de benodigde maatregelen.
- De maatregelen zijn vaak te faseren.
Infrastructurele aanpassingen
- Voorbeelden zijn het knippen (afsluiten) van de doorgaande route of het afsluiten van de snelwegaansluiting.
- Dit leidt tot andere routekeuzes. Mogelijk gaat het verkeer rijden via minder geschikte wegen.
- Inwoners, werknemers en bezoekers van het gebied, inclusief de kernen waar nu geen overlast is, worden gedwongen om een andere route te kiezen.
- De kosten, de doorlooptijd en effectiviteit zijn afhankelijk van de benodigde maatregelen.
- De maatregelen zijn vaak te faseren.
Geslotenverklaring
- Hierbij valt te denken aan éénrichtingverkeer, selectieve toegankelijkheid (digitaal met een vergunningensysteem of fysiek met verkeersregelaars) of een verbod voor doorgaand verkeer.
- Dit heeft ook direct invloed op het lokale verkeer.
- Dit leidt mogelijk tot andere routekeuzes. Mogelijk gaat het verkeer rijden via minder geschikte wegen.
- Digitale toegankelijkheid is een nieuwe ontwikkeling. Aandachtspunten hierbij zijn o.a. juridische haalbaarheid, aantallen ontheffingen en het ontwikkelen en faciliteren van deze vergunningen. Dit betekent ook dat het uitgeven van ontheffingen en vergunningen moet worden geregeld bij een overheidsinstantie.
- De kosten, de doorlooptijd en effectiviteit zijn afhankelijk van de benodigde maatregelen.
- De maatregelen zijn vaak te faseren.
Stimuleren van ander reisgedrag
Het is belangrijk te realiseren dat elke autogebruiker bijdraagt aan de verkeersdrukte en de gevolgen daarvan. Bij het terugdringen van het autogebruik kijken we zowel naar het sluipverkeer als de lokale automobilist.
We kunnen ander reisgedrag stimuleren op de volgende manieren:
- Bewustzijn creëren van het eigen verkeersgedrag bij zowel de doorgaande als lokale weggebruiker. Door de drukte op de A2 te mijden, draag je bij aan de drukte op het onderliggend wegennet en aan de overlast/ hinder die daarmee samenhangt. Aan de andere kant draagt ook het lokale autoverkeer bij aan de drukte. Het creëren van bewustzijn gaat uit van vrijwilligheid. Verder kan iedereen gebruikmaken van alle openbare wegen.
- Stimuleren om de spits te mijden door bijvoorbeeld (vaker) thuis te werken of te carpoolen.
- Stimuleren om gebruik te maken van openbaar vervoer door het verbeteren van voor-/natransport van het openbaar vervoer en het openbaar vervoer zelf (bijvoorbeeld dienstregeling en opstapplaatsen, etc.).
- Stimuleren van het fietsgebruik voor de korte afstand (tot 15 km) door het faciliteren van logische en veilige fietspaden.
- Handhaving door concrete afspraken te maken met politie (regels en gedrag). Deze zijn gericht op snelheid (te hard rijden), onveiligheid (voorrang verlenen, inhalen). Bij drukte is de vraag of er handhavingsproblemen zijn. Ook bepaalt politie zelf de inzet op handhaving. De weginrichting moet voldoende zijn voor een mogelijke handhavingsinspanning.
Hoe ziet het proces en het tijdpad eruit?
Gemeente West Betuwe en provincie Gelderland werken nauw samen bij de aanpak van het sluipverkeer. Beide partijen zijn en blijven verantwoordelijk voor het eigen wegennet. De doorlooptijd per fase is op voorhand lastig aan te geven. In het kort ziet het proces er als volgt uit:
Initiatieffase - Er is een signaal, maar is er ook een probleem?
Deze fase is in 2023 doorlopen en afgerond. Er zijn veel klachten over sluipverkeer door de gemeente West Betuwe. Veel mensen willen de files op de A2 en bij knooppunt Deil te willen mijden. Naar aanleiding daarvan is gedefinieerd wat we onder sluipverkeer verstaan. Mede op basis van de resultaten van het eerdere verkeersonderzoek zijn de vermoedelijke sluiproutes benoemd en onderzocht.
Resultaat: Er is sluipverkeer en uit eerder verkeersonderzoek is gebleken dat er drie sluiproutes zijn. Deze worden nu verder onderzocht.
Préverkenning - Wat gaan we verder onderzoeken?
In deze fase draait het om de vraag welke oplossingsrichtingen per sluiproute we verder willen verkennen. We zitten nu in deze fase. We vragen u mee te denken over mogelijke oplossingsrichtingen door de enquête in te vullen. Dit kan van maandag 6 mei tot en met zondag 19 mei 2024.
Naar verwachting wordt deze fase, inclusief het bestuurlijke besluit, voor de zomer van 2024 afgerond.
Resultaat: Per sluiproute wordt aangegeven welke oplossingsrichting in de volgende fase verder wordt verkend.
Voorbeeld: Op de sluiproute Meteren - Waardenburg willen we het sluipverkeer terugdringen. Dit willen we doen door het wegvak binnen de bebouwde kom van Waardenburg opnieuw in te richten.
Verkenning - Met welke maatregelen kunnen we de oplossingsrichting realiseren?
In deze fase onderzoeken we samen met belangenpartijen, belanghebbenden en belangstellenden de passende maatregelen bij de oplossingsrichting om het sluipverkeer terug te dringen. Voor iedere oplossing worden de maatregelen, draagvlak, verwachte kosten, risico’s en technische haalbaarheid in beeld gebracht.
Resultaat: Per sluiproute leveren we een onderbouwd advies op. Bestuurlijk wordt besloten of en welke variant verder wordt uitgewerkt.
Voorbeeld: Een van de mogelijkheden om binnen de bebouwde kom van Waardenburg het sluipverkeer terug te dringen wordt bestuurlijk besloten om de maximumsnelheid terugbrengen naar 30 km/h. Daarvoor moet de inrichting van de weg aangepast. Met het voorgestelde maatregelenpakket (fietspaden, trottoirs en oversteekvoorzieningen) worden fietsers en voetgangers beter gefaciliteerd. Met de versmalde rijbaan en krappere bochten dwingen we aangepast rijgedrag af van het doorgaande autoverkeer. Er is veel draagvlak voor het plan onder de bewoners en ondernemers van Waardenburg. Bedrijven die afhankelijk zijn van de Steenweg (N830) zijn bezorgd, zij willen wel goed bereikbaar blijven. Om het plan te realiseren zijn geen grondaankopen maar wel een bestemmingsplanwijziging nodig. De kosten worden indicatief geraamd.
Planvoorbereiding - Nadere uitwerking en detaillering
In deze fase werken we onder andere het wegontwerp uit, bereiden we bestemmingsplanwijzigingen, grondaankopen en een aanbestedingscontract voor.
Resultaat: Het plan is ruimtelijk inpasbaar, de benodigde gronden zijn in eigendom en het contract kan worden aanbesteed.
Realisatie: In deze fase wordt het contract aanbesteed. Hierna kan de geselecteerde aannemer de werkzaamheden uitvoeren.