Hoe ziet ons landelijk gebied er over 30 jaar uit? Het is een vraag die sinds het begin van de stikstofcrisis met de dag belangrijker wordt. Ziet ons buitengebied er over 3 decennia precies zo uit als nu? Ik denk van niet. Verandering is een constante in onze samenleving, en in de agrarische sector: ik geef u op een briefje dat er weinig agrarische bedrijven te vinden zijn die nog precies hetzelfde doen als de vorige generatie agrarisch ondernemers, van wie ze het bedrijf hebben overgenomen. Dat hoort ook bij goed ondernemerschap. Ik durf dan ook de stelling aan dat verandering in de landbouw geen enkel probleem is.
Veranderingen brengen altijd kansen
De landbouw heeft in onze recente geschiedenis laten zien te kunnen omgaan met grote veranderingen. Want veranderingen brengen altijd kansen voor nieuwe verdienmodellen, andere afzetmarkten en een andere bedrijfsvoering. Ik denk aan de enorme slag die gemaakt is na de Tweede Wereldoorlog. In het naoorlogse Nederland was één ding duidelijk: we wilden nooit meer honger. Een ongekende transitie van de landbouw kwam tot stand: verhoging van productie, schaalvergroting, inzet op machines en investeringen in onderzoek en onderwijs. Een prestatie van formaat, waarmee de agrarische sector tegemoet kwam aan de maatschappelijk wensen van dat moment. En waarmee voedseltekort in Nederland verleden tijd was.
Inmiddels ziet de samenleving er anders uit. Naast voedselzekerheid zijn er meer onderwerpen die we belangrijk vinden. Zoals toekomstbestendigheid, diervriendelijkheid en meer betrokkenheid bij onze directe leefomgeving. Bovendien: de agrarische sector heeft de sleutel in handen als het gaat om dé grote vraagstukken die nu zo bepalend zijn: stikstof, droogte, energietransitie en het realiseren van een grotere biodiversiteit. Boeren zijn nou eenmaal de beheerders van een groot deel van ons cultuurlandschap.
Nou kom ik nogal eens bij boeren op het erf. En daar valt mij iets op: in elk gesprek dat ik voer, hoor ik ondernemers die druk nadenken over de toekomst, en over hun bijdrage aan verschillende vraagstukken: komen er zonnepanelen, hoe kan ik een diervriendelijke stal realiseren, welke bijdrage kan ik leveren aan biodiversiteit, hoe draag ik zorg voor mij leefomgeving? Dat zijn geen uitzonderingen: elke goede ondernemer is bezig met veranderingen, want veranderingen bieden kansen. En het benutten van kansen maakt dat een agrarisch bedrijf klaar is voor de toekomst en voor de volgende generatie die straks aan het roer staat.
Maar goed ondernemerschap en verandering kunnen niet alleen vanuit onze agrarische sector komen. Boeren wíllen veranderen. Daar hoort bij dat we dat vanuit de overheid dan ook mogelijk moeten maken. Dat vraagt iets van gemeenten, waterschappen en provincie. Maar zeker ook van het Rijk. Je kan een ondernemer niet vragen om te investeren in een duurzame stal, als niet duidelijk is of in het gebied waar hij woont straks nog wel ruimte is voor die stal. En of dat ook voor de komende 15 jaar geldt, want pas dan is een grote investering in een bedrijf verantwoord. Een ondernemer heeft langjarig zekerheid nodig. Om te kunnen veranderen moet je een beeld hebben bij wat de toekomst brengt. Dat vraagt om een visie op de toekomst van ons landelijk gebied. Waar gaan we naar toe? Hoe zien we ons landelijk gebied? Wat kan wel, wat kan niet, en op welke plek?
Gelderland heeft een uitgestrekt landelijk gebied. De helft van onze inwoners woont hier. En voor hen is een levendig landelijk gebied essentieel. Met vitale dorpen, waar voldoende werk is voor mensen zodat ook voorzieningen als scholen, winkels en culturele voorzieningen overeind blijven. Dat is wat ik voor ogen heb: een vitaal buitengebied, gezonde natuur, mooie goed onderhouden landschapselementen en een toekomstbestendige agrarische sector, die een bijdrage levert aan natuur, waterbeheer en klimaat. Wij staan voor misschien wel één van de grootste veranderingen van het landelijk gebied sinds de reconstructie. Voor de landbouw is verandering geen probleem, dat heeft deze sector al bewezen. Laten wij dan vooral ook vertrouwen hebben in deze sector. En meer dan dat: laten we hen het perspectief bieden waarmee ze verder kunnen. Want dat maakt dat verandering meer is dan alleen een wens, en ook echt tot stand komt. Daar werken we hard aan in Gelderland. Ik houd u graag op de hoogte.