Flinke uitdaging
Het uitvoeren van alle geplande beheermaatregelen was daardoor een flinke uitdaging voor het beheerteam van Staatsbosbeheer. “We konden pas vanaf juli echt aan de slag”, vertelt Jeroen Tromp, senior boswachter beheer van Staatsbosbeheer. “In juli en augustus hebben we er met het team flink de schouders onder gezet. Hierdoor hebben we gelukkig bijna alles gedaan wat op de planning stond. Alleen een paar percelen hebben dit jaar een maaibeurt minder gehad.”
Speciaal materiaal
Dat het beheerteam zo’n inhaalslag kon maken, komt onder andere door de flexibiliteit vertelt Jeroen. “Het team van Staatsbosbeheer in Waardenburg heeft zelf speciaal materiaal dat geschikt is voor nat en kwetsbaar terrein. Hierdoor zijn we erg flexibel. En konden we meteen aan de slag met het maaien als het voldoende droog was. Dat heeft heel erg geholpen in het uitvoeren van de werkzaamheden.”
Precies genoeg water
De hoeveelheid regen heeft effect op de waterstand in de oeverlanden langs de Linge. “Om de doelen van het Natura 2000-beheerplan te halen, moet er precies genoeg water in het gebied zijn. Dus niet te droog en niet te nat”, aldus Jeroen. “De waterstand vraagt om constante aandacht. Is het te droog, dan profiteren soorten, zoals braam - waar we liever niet te veel van hebben - en verdwijnen bijzondere mossen. Maar als het te nat is, dan verliezen we de bomen. Het is een dunne lijn waar we op balanceren om de juiste soorten te behouden. Daarom zijn we voortdurend met de waterstand bezig.”